De kerstroos laten groeien
De kerstroos wordt ook wel zwarte helleboring genoemd. Geschikt voor zones drie tot en met negen, deze vaste plant geeft de voorkeur aan een goed doorlatende, rijke grond die rijk is aan organische stof. Een alkalische tot neutrale pH is het beste.

Enige schaduw heeft de voorkeur, of het nu halfschaduw of lichte gevlekte schaduw is. De planten hebben de neiging om te groeien en worden zeer langzaam gevestigd. Hoewel de vaste planten kunnen worden verdeeld, is dit zelden nodig.

De kerstroos kan worden gekweekt uit divisies. De meeste hellebores zijn moeilijk te kweken uit zaad. Het is dus het beste om ze gewoon zelf te laten zaaien en de zaailingen naar de gewenste plek te verplaatsen.

Als de zomer echt heet en droog wordt, kan de kerstroos sluimeren totdat het koelere weer terugkeert. Tijdens de winter kunnen de bladeren soms uitgedroogd en gescheurd uitzien als de plant op een bijzonder winderige plek groeit.

De kerstroos is meestal een voet of zo hoog, maar kan soms 1½ voet hoog worden. De wortel is dik en bolvormig.

De groenblijvende, glanzende bladeren zijn donkergroen. Ze zijn gelobd en getand met zeven tot negen blaadjes. De plant is grotendeels stengelloos.

Bloei kan gedurende een lange periode optreden. Deze kunnen in kleine trossen solitair zijn. De zeer opzichtige, drie centimeter brede, knikkende bloesems zijn meestal wit tot groenachtig roze. Het opvallende deel van de bloemen zijn de vijf bloembladachtige kelkblaadjes, die aanvankelijk wit zijn en roze worden naarmate ze ouder worden. De echte bloemblaadjes zijn nauwelijks merkbaar. De bloesems bevatten prominente gele meeldraden. De bloemen hebben rode gevlekte steeltjes.

De bloeitijd hangt af van het klimaat waarin de kerstroos wordt gekweekt. In milde klimaten zullen bloemen opengaan in de winter. In gebieden waar de grond bevriest, kunnen deze bloemen in het vroege voorjaar opengaan.

De kerstroos was oorspronkelijk inheems in Egypte. Later werd het geïntroduceerd in Griekenland. Het waren de Grieken die de planten hellebores begonnen te noemen, wat in het Grieks 'plant opgegeten door fawns' betekende.

In de klassieke tijd hadden de Grieken en Romeinen deze plant opgedragen aan Aphrodite, de godin van de liefde en de god van de oorlog.

Later fronsten de leiders in de vroege christelijke kerk de plant vanwege de rol die het had gespeeld in heidense tijden toen het werd geassocieerd met losbandigheid en immoraliteit.




Video-Instructies: HET GEHEIM VAN MIJN LANGE HAREN! Je haar in 1 WEEK laten groeien met RIJSTWATER (werkt 100%) (Mei 2024).